10 juli 2018
Vorige week had ik een geweldige 3-daagse training: Mindful wandelcoaching. Ik genoot van de combinatie van 3 van mijn favoriete dingen: mindful leven, bewegen én coaching. Ook de deelnemersgroep was gezellig, open en voelde vertrouwd. Mede omdat het allemaal mensen zijn die voor hetzelfde doel komen en hiervan willen genieten. En het werd ook precies wat ik ervan verwachtte. Het was als een warme deken op een koude dag. Wat voelt dat heerlijk!
We wandelden, oefenden met ademhaling en genoten van het mooie bos. We hadden heerlijk weer en leerden elkaar kennen. Ik had het gevoel alle tijd van de wereld te hebben en genoot van deze groep mensen om me heen. Wat was dit een mooie training en dat zo vlak voor de schoolvakantie. Ik vond (en vind) mezelf een bofkont!
En toen kwam toch nog dat moment waarop ik ontzettend zenuwachtig werd. De laatste middag bestond uit een examen waarbij je een intake-coachgesprek moest voeren en een bijpassende oefening moest voorstellen/starten. De overige deelnemers zouden toekijken en tips en tops geven. Toen de trainer dat vertelde, aan het einde van dag 2, voelde ik mijn hartslag omhoog gaan, mijn armen, keel en gezicht werden warm en rood en de kriebels kwamen in mijn buik. Zenuwen! Waar kwam dat gevoel nou vandaan? De groep was toch veilig? En hier was ik tegenwoordig toch niet meer zo zenuwachtig voor? Wat was dat dan?
Ik reed naar huis en had moeite met genieten van de rit en te ontspannen bij muziek. Het bleef maar door mijn hoofd spoken: morgenmiddag zouden 11 mensen toekijken hoe ik het deed. Wat was hier nu zo erg aan? Hier werd ik toch niet meer zo zenuwachtig om? Bovendien, ik ben al een paar jaar coach; heb dergelijke gesprekken vaker gevoerd. Dit is toch geen probleem? En waarom krijg ik mezelf dan niet rustig? Ik doe toch al een tijdje aan mindfulness? Focus op je ademhaling en dan word je toch wel rustiger? Waarom kun je jezelf nu niet kalmeren? Maar wat ik ook deed of dacht, het wilde maar niet lukken.
Ook thuis kon ik nog niet echt aarden. Ik geef toe: hoofdpijn en het feit dat we de volgende dag ook nog mijn hoogtevrees zouden testen, maakte het niet gemakkelijker. Maar toch? Wat zat me nu echt dwars? Wat stoorde me het meeste? En dat was het. Iets stoorde me. Het waren mijn gedachten over fouten mogen maken. Omdat ik al een paar jaar coach ben, had ik het gevoel dat ik geen fouten mocht maken, ik moest het goed doen. En omdat ik al een tijdje mindfulness deed, moest ik mijn gedachten kunnen kalmeren. Mijn lat was te hoog gelegd; door mezelf!
Natuurlijk mocht ik een beetje zenuwachtig zijn. Natuurlijk mag je dat voelen. Maar ik vond (even) van niet. Ik had helpende gedachten nodig. In plaats van ‘ik mag geen fouten maken’ kwam daar de helpende gedachte ‘ik kan hier leren wat mijn sterke punten zijn’. In plaats van ‘ik moet me kunnen kalmeren’ kwam de helpende gedachte ‘ik mag me zenuwachtig voelen’. Je hoeft er geen oordeel over te hebben. Gewoon voelen is oké.
En dat maakt vrij…